De aanloop naar de bevrijding
Kentering in de oorlog
Met een ‘Blitzkrieg’ veroverde het Duitse leger in 1940 landen in West-Europa. Op 10 mei 1940 werd Nederland binnengevallen; ons land capituleerde op 15 mei 1940, na het bombardement op Rotterdam de dag ervoor.
Met de aanval op 22 juni 1941 op de Sovjet-Unie (operatie Barbarossa) creëerden de Duitsers een tweede front. In eerste instantie was de ‘Blitzkrieg’ daar ook succesvol. Maar onder andere door de lange aanvoerlijnen van brandstof en munitie en de inzet van nieuwe reserves door het Rode Leger, stagneerde de verovering van de Sovjet-Unie en kwam er een kentering in de Tweede Wereldoorlog. Vanaf 1943, na de Slag om Stalingrad (23 augustus 1942 – 2 februari 1943), was het duidelijk dat Duitsland ging verliezen. Maar toch wilden de Duitsers niet van opgeven weten.
Inundatie en Rommelasperges
Begin 1944 troffen de Duitse strijdkrachten al maatregelen om een opmars van geallieerden te voorkomen of te bemoeilijken. Net als het Nederlandse leger in 1940 zetten zij inundaties in als verdedigingsmiddel. In de westelijke provincies werden omvangrijke gebieden onder water gezet.
In februari 1944 maakt waarnemend burgemeester van Willemstad, Van Campen, die tevens burgemeester van Fijnaart en Heijningen en Dinteloord en Prinsenland was, een bevel bekend van de Weermachtsbevelhebber in Nederland. Dit bevel hield in dat de Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandse gebied, in verband met de voorgenomen onderwaterzetting van enkele kustgebieden, de volledige ontruiming van (een gedeelte van) de gemeente verordonneerde. Het te ontruimen gebied betrof: Westelijk Willemstad – Oude Molen – Nieuwe Molen – Stampersgat – rivier De Mark – VlugtHaven Willemstad.
| Met de ontruiming moest onmiddellijk een aanvang worden gemaakt. Zij zou binnen enkele weken moeten zijn voltooid.ciale weg Willemstad – Dinteloord van kilometerpaal 3 tot kilometerpaal 4, 20 tot 30 cm onder water stond. Ook wilde de Duitse weermacht nog meer polders inunderen. Op 22 maart 1944 waren de Sabina-Henricapolder, de Beaumondspolder, de Oude-Heijningen, de Elisabethpolder, de Jufvrouwenpolder en de (buitendijkse) Aanwassen van de Ruigenhil (Maltha) geïnundeerd. In mei 1944 waren er plannen tot verdere inundering van de Sabina-Henricapolder, de Elisabethpolder en Jufvrouwenpolder. De plannen werden in juni 1944 uitgevoerd. De dijken tussen deze polders werden doorgestoken. Uit inspectierapporten van Provinciale Waterstaat blijkt dat de Duitsers op 9 maart 1944 doende waren onder meer de volgende gebieden in West-Brabant onder water te zetten: de Sabina-Henricapolder en Beaumondspolder, met zout water uit het Volkerak. De Elisabethpolder, de Oude Heijningen en de Jufvrouwenpolder met zoet water uit het eigen gebied. Op die datum stonden de kreken en sloten al vol. Op 14 maart 1944 werd geconstateerd dat de Sabina Henricapolder blank stond en dat de provincialeweg Willemstad – Dinteloord van kilometerpaal 3 tot kilometerpaal 4, 20 tot 30 cm onder water stond. Ook wilde de Duitse weermacht nog meer polders inunderen.
|
| De polder de Ruigenhil bleef verschoond van inundatie. Willemstad ving wel veel evacués uit de geïnundeerde gebieden op. Het versterken van de kustverdediging hield ook in dat in het vlakke land, op bevel van generaal Rommel, op een onderlinge afstand van ongeveer 30 meter puntige palen werden gezet om luchtlandingstroepen ‘op te vangen’. In polder de Ruigenhil werd in mei 1944 met het plaatsen van deze zogenaamde ‘Rommelasperges’ begonnen.
|
|
|
| De boeren moesten de plaatsing wel toelaten omdat landmijnen in de grond het alternatief waren.In september 1944 kregen de eigenaren allemaal een verklaring van de gemeente betreffende het aantal gevorderde bomen met de mededeling dat ze te zijner tijd een verzoek om schadeloosstelling konden indienen bij het ministerie van Financiën, afdeling Bezettingsschade. Wel hebben de palen later lekker gebrand in diverse woningen en ook wel dienstgedaan als weidepalen bij diverse boerderijen. Operatie Overlord, ‘D-Day’ 6 juni 1944 Op 6 juni 1944 begon de operatie ‘Overlord’, beter bekend als D-Day. Met de grootschalige landingen op de stranden van Normandië begon de bevrijding van West-Europa Het hout voor de Rommelasperges was aanvankelijk schaars. Er zijn hele bossen voor gekapt. Ook de Willemstadse landbouwers en de stichting Menno van Coehoorn moesten toezien dat vele bomen bij de boerderijen en op de wallen voor dit doel werken gerooid.
|
|
|
| Op 25 augustus bereikten de geallieerden Parijs en op 4 september Antwerpen. Toen stagneerde de opmars omdat de aanvoerlijnen vanuit Normandië voor de herbevoorrading van de troepen te lang waren. De haven van Antwerpen, die in geallieerde handen was, was daarvoor niet bereikbaar. De toegang ernaartoe via de Westerschelde en de Schelde moest daarvoor eerst vrijgemaakt worden. ‘Dolle Dinsdag’, 5 september 1944 Op dinsdag 5 september 1944 deelde premier Gerbrandy in een radiotoespraak mee, dat de geallieerden de Nederlandse grens waren overgestoken. Door dit later fout gebleken bericht kwam Nederland in een bevrijdingsroes. Duitsers en collaborateurs raakten in paniek. Zij vluchtten massaal uit Nederland. Maar nog diezelfde dag werd duidelijk dat er van een Duitse capitulatie geen sprake was. In zijn dagboek schrijft Giel van Hal, 30 jaar oud, die, met zijn ouders, vanuit Sint-Annaland vanwege de inundatie van Tholen tijdelijk bij zijn opa en oma aan de Voorstraat 45 in Willemstad woonde, over deze dag het volgende: ‘Vanmorgen om half zes worden wij wreed gewekt door geweldige ontploffingen, en heeft 'De Rooijen’ (een Duitse onderofficier met rood haar) inderdaad een aanvang gemaakt met bunkers te laten springen. De ontploffingen duren tot ongeveer negen uur, in die tussentijd zijn tante Bet en oom Martien welke vlak bij de bunkers wonen, onder zeer zware zenuwaanvallen, bij ons binnen komen vallen, en vertellen dat alles zo ongeveer zal vergaan; tien uur verlaat ‘De Rooijen’ met zijn helpers per sleepboot de stad en zijn wij ‘Vrij’. Alles tooit zich direct met Oranje, en wordt er gezongen en gewacht op de Engelsen welke, naar men zegt, zo binnen kunnen komen, even later komt er ook inderdaad wat binnen, een auto met aan alle zijden loerende kanonnen en mitrailleurslopen, de straat met al zijn Oranje en gezang ligt nu eensklaps stil en verlaten, want de auto herbergt geen Engelsen maar een stel gevluchte Moffen. Verder verloopt de dag rustig, alles is echter op zijn Zondags en wacht nog steeds op de Tommy’s.’
Operatie Market – Garden 17 – 26 september 1944 De geallieerde opmars van de stranden van Normandië, via Parijs naar Antwerpen verliep in het begin vlot. Daarom vatte de Britse veldmaarschalk Montgomery het plan op om met dezelfde voortvarendheid over de Rijn bij Arnhem Duitsland in te trekken. De geallieerde troepen zouden zo de Siegfriedlinie omzeilen.
|
|
|
| Montgomery’s plan hield in, het instortende Duitse front te laten voor wat het was, om vanuit België meteen op te rukken naar Nederland en de vijand achter hun linies te overvallen met massale luchtlandingen boven de rivieren de Maas, Waal en Nederrijn.Veldmaarschalk Montgomery vond dat de corridor breder moest zijn; het was zaak de Duitsers tot aan de overkant van de Maas terug te dringen. Alleen dan zouden de haven van Antwerpen en de transportlijnen veilig zijn. De Duitsers waren echter niet van plan het terrein zomaar op te geven. Ze boden fors tegenstand. Op 7 oktober werd daarom voorlopig afgezien van verdere aanvallen. De operatie Pheasant zou de bevrijding van Noord-Brabant vanaf 20 oktober opnieuw oppakken. Hij besteedde echter nauwelijks aandacht aan Antwerpen waar de opmars van de geallieerden vastgelopen was. Overigens was hij zich wel bewust dat de Duitse troepen in Midden- en West-Brabant een bedreiging vormden voor de aanvoerlijnen van en naar Antwerpen. Maar de behoefte aan overslagcapaciteit kon zijns inziens ook worden gedekt door een goede haven aan de Kanaalkust. Na aanvankelijke twijfel ging opperbevelhebber generaal Dwight D. Eisenhower op 10 september uiteindelijk toch akkoord met zijn plan. Deze operatie mislukte doordat de ingezette legers niet of onvoldoende her bevoorraad werden. Om dat probleem op te lossen moest eerst de vaarweg naar Antwerpen worden vrijgemaakt. Corridor Het deel van de operatie ‘Garden’, het grondoffensief vanuit België, had wel als resultaat dat de geallieerden een wig gedreven hadden in de Duitse linies. Deze ‘corridor’ van tachtig kilometer diep en twintig tot dertig kilometer breed liep van de Belgische grens bij Valkenswaard tot aan Nijmegen (zie blauwe lijn afbeelding 14).
|
|
|